CBS ziet tekenen van kentering in woningmarkt

Meer verkoopaantallen. En prijzen die ten opzichte van een maand eerder maar heel licht gedaald zijn. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) ziet dat de kooplust onder woningzoekers is toegenomen. En het CBS is niet de enige: ook de ING meldt dat voor het eerst in anderhalf jaar de stemming op de woningmarkt onder eigenaren en starters is verbeterd. Deskundigen stellen dat er ‘een nieuw evenwicht’ op komst is.

In mei werd gemiddeld over heel Nederland slechts 0,1 procent minder betaald voor een bestaande koopwoning dan in april. Met de nadruk op bestaande koopwoning, want nieuwbouw is een heel ander verhaal. De prijzen daarvan zijn en blijven hoog, onder meer door de hoge materiaalkosten en de onzekerheid omtrent de opleverdatum. Omdat een nieuwbouwwoning voor velen buiten bereik is, wordt de focus bij woningzoekers meer en meer verlegd naar bestaande woningen. Daarbij wordt overbieden weer normaler.

Om dit in cijfers te duiden: de daling van 0,1 procent betekent dat voor een bestaand koophuis in mei gemiddeld een bedrag van 403.913 euro werd overgemaakt. Vooral onder starters is er meer vertrouwen in de woningmarkt. Dat blijkt ook uit de zogeheten woonindex van de ING die met vier punten steeg naar 85. Het aantal overbiedingen is voor het eerst sinds oktober weer boven de 30 procent gestegen. Dit was ter vergelijking in december maar 11 procent.

Verder valt er ook een afname te zien in de gemiddelde tijd dat een huis te koop staat: van 83 dagen in maart naar 67 in mei.

Het Kadaster noteerde in mei in totaal 15.099 huizenverkopen. Dat is een daling van 4% ten opzichte van mei 2022, maar tegelijkertijd een grote sprong ten opzichte van april 2023. Destijds werd er liefst 20% minder verkocht.