Woningwet van De Jonge ligt onder vuur

Het wetsvoorstel van woonminister Hugo de Jonge om gemeenten een bepalende rol te hebben bij de verkoop van bestaande bouw, stuit op weerstand binnen de Tweede Kamer, maar ook bij partijen buiten de politiek zoals de Vereniging Eigen Huis, de Raad van State en makelaarsorganisatie NVM. Zij vinden het plan van De Jonge ten eerste geen oplossing en daarnaast indruisen tegen het eigendomsrecht en het mensenrecht op vrije vestiging.

Op dit moment hebben gemeenten al het wettelijke recht om eisen te stellen bij nieuwbouw en sociale huurwoningen. Het kabinet ziet graag dat gemeenten ook een meer sturende rol krijgen bij het verkoopproces van bestaande woningen, zodat eigen inwoners en mensen met cruciale beroepen voorrang krijgen. De NVM, waar ook Verheul Groep bij is aangesloten, stelt als reactie echter dat ‘een groep die beperkte bedragen te besteden heeft wordt bevoordeeld en tegelijkertijd dezelfde groep die wil uitwijken naar een andere regio uit de markt wordt gedrukt’.

Dit kan problemen geven als bijvoorbeeld iemand een deel van zijn inkomen verliest en daarom vanuit de Randstad naar een gemeente ver buiten de grote steden wil verhuizen. Naar het nieuwe wetsvoorstel van De Jonge kan een gemeente zo’n woningzoeker weren. Verder worden starters die willen doorstromen benadeeld, omdat ze de overwaarde op hun huis niet volledig kunnen verzilveren. En tenslotte: de verkoper in het algemeen ondervindt nadeel, omdat , als het wetsvoorstel wel door zou gaan, een kleinere groep kandidaat-kopers een bod mag doen wat de verkoopprijs drukt.